1          Het Bisschoppelijk Scheidsgerecht is ingesteld door de bisschoppen van Breda, Groningen, Haarlem, ‘s-Hertogenbosch, Roermond, Rotterdam en Utrecht, hierna te noemen “de bisschoppen”.

2          Het Scheidsgerecht heeft tien leden.

3          Vier leden worden benoemd en ontslagen door de bisschoppen.  Vier leden worden benoemd en ontslagen in onderling overleg door de organisaties, die door de bisschoppen zijn aangewezen, die naar hun oordeel representatief zijn voor de personen, die in het pastoraat en/of krachtens een bisschoppelijke opdracht werkzaam zijn.

4          De overeenkomstig het derde lid aangewezen leden wijzen een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter aan, welke niet uit hun midden afkomstig zijn.