Om de wetenschappelijke bestudering van de liturgische muziek te bevorderen heeft de Nederlandse Sint-Gregoriusvereniging de leerstoel Muziek en Christendom ingesteld. Sinds 1 januari 2007 wordt deze leerstoel bezet door Martin Hoondert. Hieronder geeft hij een kort verslag van zijn eerste jaar als hoogleraar.
Onderwijs en onderzoek zijn de kernactiviteiten van een hoogleraar. Daarnaast komen er tal van vragen op mij af, waarop ik, voor zover de tijd het toelaat, steeds probeer in te gaan. Hoogtepunt van het eerste werkjaar was de inaugurele rede op 7 december.Uitvaartrituelen
Om mijn onderzoeksactiviteiten te structureren ben ik begonnen met het schrijven van een onderzoeksplan. Als thema of onderzoeksdomein heb ik gekozen voor 'muziek en uitvaartrituelen'. De wijze waarop muziek deel uit maakt van de christelijke ritualiteit is in onze huidige cultuur allerminst eenduidig. Lagen voorheen de repertoires min of meer vast, thans zien we dat de muziekkeuze sterk bepaald worden door locale omstandigheden en voorkeuren, en dat er uit tal van (vaak ook verrassende) bronnen wordt geput. Het meest sterk zien wij het ontstaan en de groei van een pluralistische muziekcultuur bij rituelen waarbij de invloed van zogenoemde randkerkelijken dominant is. We denken dan met name aan gelegenheidsliturgie, aan rituelen op de levensas (doop, huwelijk, uitvaart). Bij deze rituelen zijn de grenzen tussen 'binnen' en 'buiten' de kerk vloeiend. Zo kent het uitvaartritueel vaak zowel een viering in de kerk, als een ritueel dat zich afspeelt op de begraafplaats, in de aula van het uitvaartcentrum of het crematorium. Deze rituele settings beïnvloeden elkaar. Klonk vroeger bij de uitvaartliturgie de gregoriaanse requiemmis, of een toonzetting van de Latijnse requiemteksten door componisten als Perosi, Refice, Witt en anderen, nu kiezen nabestaanden, mede onder invloed van de rituelen die zij meemaken in uitvaartcentrum en crematorium, voor Nederlandstalige liturgische gezangen, geliefde klassieke composities die men kent van radio of televisie, popsongs en smartlappen, al dan niet van cd. Met mijn onderzoek wil ik inzicht bieden in de pluralistische muziekcultuur in relatie tot de christelijke ritualiteit. Deze nieuwe fase in de ontwikkeling van ritueel-muzikale repertoires roept tal van vragen op, onder meer vragen naar muziek en transcendentie, muziek en gemeenschap, muziek en (christelijke) identiteit, liturgische muziek en populaire muziekcultuur. De vraag naar muziek en transcendentie wordt thans uitgewerkt in een boekproject (werktitel: Muziek en theologie), waarbij theologen, musicologen, filosofen en liturgiewetenschappers gezamenlijk werken aan een boek over deze kwestie.
Een belangrijk deel van de onderzoekstijd in de tweede helft van 2007 werd besteed aan het schrijven van de inaugurele rede. Deze werd uitgesproken op 7 december en verscheen in uitgebreide vorm onder de titel Muziek als rituele praktijk. Gelineau herlezen. In deze rede ben ik in gesprek met Joseph Gelineau s.j. In 1962 verscheen zijn boek Chant et musique dans le culte chrétien. Dit boek was richtinggevend voor de ontwikkeling van de liturgische muziek in de rooms-katholieke kerk vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw. De vragen die Gelineau in 1962 stelde, zijn nog steeds relevant, zij het dat ze nu gesteld worden in een geheel nieuw kader.
Onderwijs
In het kader van de kerkmuziekopleiding van Fontys Conservatorium verzorgde ik het vak 'Liturgie, Geschiedenis van de kerkmuziek, hymnologie'. Het betreft hier een cursus waaraan de studenten gedurende twee jaar deelnemen. Daarnaast verzorgde ik een semester lang colleges op de universiteit, een inleidend college Muziek en Christendom. Centraal in dit college stond de vraag naar de eigenheid van muziek in de christelijke ritualiteit. Deze vraag werd via drie 'ingangen' benaderd. Allereerst werd aan de hand van klinkende muziekfragmenten een overzicht gegeven van de geschiedenis van de muziek in relatie tot de christelijke ritualiteit. Vervolgens maakten studenten aan de hand van een concrete viering een analyse van de herkomst en de functie van de gebruikte composities (vocaal en instrumentaal). Ten derde werd ruime aandacht besteed aan de vraag op welke manier muziek betekenis heeft voor mensen.
Diversen
Naast de hoofdtaken onderzoek en onderwijs kwamen er vele vragen op mij af: vragen naar lezingen, gastcolleges, begeleiding van studenten en promovendi, vragen van journalisten, vragen om advisering bij radioprogramma's enz. Waar mogelijk ben ik op de vragen ingegaan, te meer daar ik het belangrijk vind dat de leerstoel volop in de aandacht staat. Ik wil laten zien dat de bestudering van muziek in relatie tot christelijke ritualiteit relevant is voor kerk en cultuur.
Bron: NSGV
http://www.nsgv.nl/nws/nws0809a.html