HAARLEM - Op zaterdag 15 mei 2010 werd het Haarlemmer Orgelboek in de Sint Nicolaaskerk te Amsterdam gepresenteerd tijdens een druk bezochte bijeenkomst, met een welkomstwoord van Bert Stolwijk, de vertolking van diverse composities uit het boek door Mark Heerink en een inleiding door professor Anton Vernooij, getiteld “Een nieuwe uitdaging voor het liturgische orgelspel”.

Het idee voor het Haarlemmer Orgelboek is bij de NSGV Haarlem – Amsterdam ontstaan, vanuit de gedachte dat het liturgische orgelspel in onze kerken meer aandacht zou kunnen krijgen. Aanzet tot het idee om een boek te laten uitkomen met Nederlandse orgelcomposities die nauw verbonden zijn met de liturgie bood het in 2004 verschenen Freiburger Orgelbuch.
Het boek staat onder redactie van Mark Heerink, Bert Stolwijk en Nico Waasdorp en bevat werken van Hendrik Andriessen, Albert de Klerk, Bernard Bartelink, Jos Beijer, Maurice van Elven, Luc Löwenthal, Jan Raas, Wouter van Belle, Kees Schoonenbeek en Daan Manneke. Inspiratiebron voor de composities vormden liturgische gezangen of een bepaald moment in de liturgie.
Op zaterdag 15 mei 2010 werd het Haarlemmer Orgelboek in de Sint Nicolaaskerk te Amsterdam gepresenteerd tijdens een druk bezochte bijeenkomst, met een welkomstwoord van Bert Stolwijk, de vertolking van diverse composities uit het boek door Mark Heerink en een inleiding door professor Anton Vernooij, getiteld “Een nieuwe uitdaging voor het liturgische orgelspel”.
Vernooij stelde dat het de bedoeling is het orgel in de liturgie de plaats te geven die het toekomt. Ook pleitte hij er voor dat de de prachtige orgelliteratuur onder de aandacht blijft van de organist in de liturgie.
Vernooij ziet de organist als mede – voorganger van de dienst.  Zoals de liturg in woord en gebed de mensen inspireert, zo heeft het orgel een specifieke functie als ondersteuning van de gezangen, maar ook als inspiratiebron in de nonverbale sfeer.
Hij pleit voor een literatuurkeuze die zich laat inspireren door het kerkelijk jaar, waarbij de organist kiest voor het kwalitatief  hoogst haalbare. Ook het improviseren, geïnspireerd door verkondiging, gezangen en lezingen, beveelt hij vooral aan.
Voorts stelt hij dat het orgel een volwassen instrument is dat uit zichzelf geen behoefte heeft om samen te gaan met andere instrumenten, tenzij de composities hierom vragen. Hij waarschuwt voor de verleiding om met spectaculaire instrumenten zoals trommels, slagwerk e.d. goede sier te maken, waarbij goede smaak en esthetiek wel eens het onderspit zouden kunnen delven.

De eerste exemplaren van het boek werden overhandigd aan gastheer monseigneur J. W. Stam, proost van het kathedraal kapittel te Haarlem en voorganger in de Sint Nicolaaskerk, aan mevrouw Aja Leemans, afgestudeerd cursiste bij de opleiding kerkmusicus III, en aan professor Vernooij.
Na afloop was er een geanimeerd samenzijn in de pastorie van de Sint Nicolaaskerk.

Het boek is te bestellen bij Ascolta Music Publishing, Postbus 162, 3990 DD Houten, tel. 030 637 42 37, fax 030 637 39 56, e – mail info@ascolta.nl, website: www.ascolta.nl.
Tot 1 juli geldt de speciale introductieprijs van € 15,00, na 1 juli kost het boek € 19,50.

Bron: Gemma Coebergh/Geert van Beckhoven